Discussie omtrent staterrassen

De APV van Amsterdam definieert als terras “een buiten de besloten ruimte liggend deel van een horecabedrijf waar zitgelegenheid wordt geboden en waartegen vergoeding dranken worden geschonken op spijzen voor directe consumptie ter plaatste worden verstrekt”. Bovendien geeft artikel 3.21 van de APV aan dat het verboden is dranken of eetwaren voor directe consumptie te verstrekken aan degene die geen gebruik maken van de op dat terras aanwezige zitplaatsen.
 
Deze bepalingen in samenhang vormen de juridische basis van het “verbod op staterrassen” waar de afgelopen jaren de nodige discussie over is geweest.
 
Naar aanleiding van deze discussie en het groeiende verzet tegen deze bepaling heeft de Burgemeester in 2009 aangeven slechts nog handhavend op te treden tegen het staand drinken op terrassen indien dat gepaard gaat met overlast. Momenteel werkt de Burgemeester aan een wijziging van de APV om het verbod op de zogenaamde staterrassen uit de APV te schrappen.

Tot zover het ‘’kader’’.